Demonstrator brengt bio-aromaten uit afval stap dichterbij
Een demonstrator die laat zien dat het mogelijk is om tot een productie te komen van meerdere kilogrammen bio-aromaten uit plantaardig restmateriaal per dag. Met de Continuous Flow Diels-Alder Skid bereikten de partners in het Biorizon-project BIO-HArT een belangrijke mijlpaal.
In Biorizon ontwikkelt TNO samen met ECN, VITO technologieën voor de productie van furanen uit biologisch afval, als grondstof voor aromaten. In uiteenlopende projecten richten de onderzoekers zich op de vele aspecten van de waardeketen. In het project BIO-HArT draait alles om het opschalen van de conversie van furanen naar aromaten.
“Toen we met het project begonnen hadden we een aantal chemische routes voor ogen, waarvan we dachten dat het goede kanshebbers waren”, kijkt procestechnoloog Leon Geers van TNO terug. “Onder mijn verantwoordelijkheid startte een traject waarin we, parallel aan de chemie, procestechnologie hebben moeten ontwikkelen. Enerzijds moesten we op labschaal testen welke chemie goed werkt en tot economisch hoge opbrengsten leidt. Anderzijds dienden we te onderzoeken of wat we op die kleine schaal met reageerbuizen en glaswerk deden, zich wel liet vertalen naar processen op industriële schaal – dus naar geroerde vaten, buizen en pompen. Dat betekent continu schakelen tussen glaswerk en procesexperimenten.”
De uiteindelijke demonstrator verwerkt furanen als uitgangsstof tot een variëteit aan bio-aromaten. Met name monomeren MPA en HMA tonen grote potentie. “Dat zijn de twee doelaromaten waaraan we nu werken”, zegt projectmanager Nadine Wennersbusch. “Samen met de betrokken industrie geloven wij dat ze op kortere termijn op grote schaal kunnen worden toegepast. In de toekomst willen we ook andere moleculen met deze demonstrator opschalen. De opstelling staat tijdelijk bij Plant One Rotterdam en zal uiteindelijk worden geplaatst op de Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom. Wij hebben het ontwerp gemaakt, maar voor de constructie werken we veelal samen met gespecialiseerde bedrijven, zoals in dit geval ZETON.”
In Biorizon ontwikkelt TNO samen met ECN, VITO technologieën voor de productie van furanen uit biologisch afval, als grondstof voor aromaten. In uiteenlopende projecten richten de onderzoekers zich op de vele aspecten van de waardeketen. In het project BIO-HArT draait alles om het opschalen van de conversie van furanen naar aromaten.
“Toen we met het project begonnen hadden we een aantal chemische routes voor ogen, waarvan we dachten dat het goede kanshebbers waren”, kijkt procestechnoloog Leon Geers van TNO terug. “Onder mijn verantwoordelijkheid startte een traject waarin we, parallel aan de chemie, procestechnologie hebben moeten ontwikkelen. Enerzijds moesten we op labschaal testen welke chemie goed werkt en tot economisch hoge opbrengsten leidt. Anderzijds dienden we te onderzoeken of wat we op die kleine schaal met reageerbuizen en glaswerk deden, zich wel liet vertalen naar processen op industriële schaal – dus naar geroerde vaten, buizen en pompen. Dat betekent continu schakelen tussen glaswerk en procesexperimenten.”
De uiteindelijke demonstrator verwerkt furanen als uitgangsstof tot een variëteit aan bio-aromaten. Met name monomeren MPA en HMA tonen grote potentie. “Dat zijn de twee doelaromaten waaraan we nu werken”, zegt projectmanager Nadine Wennersbusch. “Samen met de betrokken industrie geloven wij dat ze op kortere termijn op grote schaal kunnen worden toegepast. In de toekomst willen we ook andere moleculen met deze demonstrator opschalen. De opstelling staat tijdelijk bij Plant One Rotterdam en zal uiteindelijk worden geplaatst op de Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom. Wij hebben het ontwerp gemaakt, maar voor de constructie werken we veelal samen met gespecialiseerde bedrijven, zoals in dit geval ZETON.”
Geen opmerkingen: