AkzoNobel wil verf recyclen
AkzoNobel en de overige leden van de Dutch Sustainable Growth Coalition (DSGC) - DSM, FrieslandCampina, Heineken, KLM, Philips, Shell en Unilever - gaan circulaire processen in hun bedrijven invoeren. VNO-NCW ondersteunt de bedrijven. Bij AkzoNobel zijn al tal van circulaire processen te vinden. Eén daarvan is het hergebruik van verf(blikken).
In een circulaire economie bestaat afval niet en blijft de waarde van producten en materialen binnen de keten behouden. De DSGC vindt de omslag van een lineaire naar een circulaire economie noodzakelijk. Hiermee wordt een antwoord gegeven op grote uitdagingen, zoals toegang tot grondstoffen, klimaatverandering en voedselvraagstukken.
AkzoNobel produceert hoogwaardige verven en lakken en werkt aan het verminderen van overtollige verf via de productie en verkoopkanalen. Daarnaast loopt er een pilot studie naar het verzamelen van gebruikte verf nadat het verkocht is aan consumenten en professionele gebruikers. De restanten worden verwerkt tot nieuwe verf. Verf is niet direct een circulair product, maar is ontworpen voor duurzaamheid en een lange levensduur. Bij het schilderen van een muur of raamkozijn, willen consumenten dat de verf zo lang mogelijk houdt.
Toch is het minimaliseren van overtollige verf in de productie- en verkoopketen uitgegroeid tot een belangrijke ambitie. Verf kan 'overtollig' worden door beschadigde of gerestylde verpakking, impopulaire kleuren of wijzigingen in de wetgeving. Het voorkomen van verfverlies is een belangrijke motor voor de ontwikkeling van een circulair business model. AkzoNobel’s business case is gebaseerd op een relatie met het Amerikaanse GDB. Dit bedrijf is gespecialiseerd in de verwerking van zowel verouderde verf als verfafval en het verkopen ervan in opkomende markten. In plaats van te betalen voor de verbranding van overtollige verf, of betalen van milieuheffingen voor verfafval, kan AkzoNobel de ongewenste verf verkopen en misschien zelfs hergebruiken. Door deze aanpak heeft AkzoNobel in 2013 de verspilling van zo’n 11.000 ton verf kunnen voorkomen en 4,5 miljoen euro bespaard.
In een circulaire economie bestaat afval niet en blijft de waarde van producten en materialen binnen de keten behouden. De DSGC vindt de omslag van een lineaire naar een circulaire economie noodzakelijk. Hiermee wordt een antwoord gegeven op grote uitdagingen, zoals toegang tot grondstoffen, klimaatverandering en voedselvraagstukken.
AkzoNobel produceert hoogwaardige verven en lakken en werkt aan het verminderen van overtollige verf via de productie en verkoopkanalen. Daarnaast loopt er een pilot studie naar het verzamelen van gebruikte verf nadat het verkocht is aan consumenten en professionele gebruikers. De restanten worden verwerkt tot nieuwe verf. Verf is niet direct een circulair product, maar is ontworpen voor duurzaamheid en een lange levensduur. Bij het schilderen van een muur of raamkozijn, willen consumenten dat de verf zo lang mogelijk houdt.
Toch is het minimaliseren van overtollige verf in de productie- en verkoopketen uitgegroeid tot een belangrijke ambitie. Verf kan 'overtollig' worden door beschadigde of gerestylde verpakking, impopulaire kleuren of wijzigingen in de wetgeving. Het voorkomen van verfverlies is een belangrijke motor voor de ontwikkeling van een circulair business model. AkzoNobel’s business case is gebaseerd op een relatie met het Amerikaanse GDB. Dit bedrijf is gespecialiseerd in de verwerking van zowel verouderde verf als verfafval en het verkopen ervan in opkomende markten. In plaats van te betalen voor de verbranding van overtollige verf, of betalen van milieuheffingen voor verfafval, kan AkzoNobel de ongewenste verf verkopen en misschien zelfs hergebruiken. Door deze aanpak heeft AkzoNobel in 2013 de verspilling van zo’n 11.000 ton verf kunnen voorkomen en 4,5 miljoen euro bespaard.
Geen opmerkingen: