Lelystad dringt huishoudelijk afval terug in nieuw afvalbeheerplan
Lelystad is bezig met het ontwikkelen van een Masterplan Duurzaamheid en gaat daarvoor de komende tijd samen met de inwoners van de stad de duurzaamheidsambities benoemen.
Omdat het huidige afvalbeleidsplan 2012 – 2015 eind dit jaar afloopt en het Rijk nieuwe doelstellingen op dit gebied heeft vastgelegd, wil het college van Lelystad in het nieuwe afvalbeheerplan 2016 – 2019 haar ambities vastleggen rondom het (her)gebruik van materialen en het voorkomen van verspilling en tot nieuw beleid komen over het huishoudelijke afval. Dat doet het college in samenspraak met de Raad van Lelystad.
Het college van Lelystad wil de komende jaren de ambitie verhogen naar 75% afvalscheiding, waardoor er dan nog 100 kg restafval per inwoner overblijft. In het oude afvalbeleidsplan lag die ambitie nog op een afvalscheidingsresultaat van 56% in 2015 en het bereiken van 60% afvalscheiding in 2020. Het college van Lelystad wil de gemeenteraad zorgvuldig meenemen in deze nieuwe doelstellingen, ontwikkelingen en mogelijk gevolgen voor de inwoners van Lelystad.
Inmiddels zijn de Rijksdoelstellingen – die zijn vastgelegd in het uitvoeringsprogramma ‘Van Afval Naar Grondstof’ (VANG) – drastisch bijgesteld. De landelijke doelen zijn nu: 60-65% afvalscheiding in 2015, 75% afvalscheiding in 2020 met nog maximaal 100 kg restafval per inwoner en 90% afvalscheiding in 2025 met nog maximaal 30 kg restafval per inwoner. Deze ontwikkeling heeft grote gevolgen, zowel voor de inwoners van Lelystad als voor de inzameling van het afval en de afvalverwerkingsmarkt.
Bij het opmaken van een tussenbalans is duidelijk geworden dat Lelystad zowel op dit moment als in de komende jaren de Rijksambities voor de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval niet haalt. De verwachting is dat in toenemende mate de prestaties achter zullen blijven op deze landelijke doelen. Binnen de huidige manier van inzamelen zijn de mogelijkheden voor optimalisatie nagenoeg bereikt.
Om resultaten te bereiken zal een trendbreuk nodig zijn, waarbij Lelystad in het kader van haar duurzaamheidsambities afval niet langer ziet als een ongewenst bijproduct van consumptie, maar juist als een grondstof in de circulaire economie. Door te kiezen voor deze ontwikkelrichting, ziet het college ook kansen om financieel voordeel te behalen of op zijn minst de afvalstoffenheffing in de komende jaren niet te laten stijgen. Over deze ontwikkeling wil het college met de raad in gesprek gaan om op die manier een basis te leggen voor een nieuw afvalbeheerplan.
Omdat het huidige afvalbeleidsplan 2012 – 2015 eind dit jaar afloopt en het Rijk nieuwe doelstellingen op dit gebied heeft vastgelegd, wil het college van Lelystad in het nieuwe afvalbeheerplan 2016 – 2019 haar ambities vastleggen rondom het (her)gebruik van materialen en het voorkomen van verspilling en tot nieuw beleid komen over het huishoudelijke afval. Dat doet het college in samenspraak met de Raad van Lelystad.
Het college van Lelystad wil de komende jaren de ambitie verhogen naar 75% afvalscheiding, waardoor er dan nog 100 kg restafval per inwoner overblijft. In het oude afvalbeleidsplan lag die ambitie nog op een afvalscheidingsresultaat van 56% in 2015 en het bereiken van 60% afvalscheiding in 2020. Het college van Lelystad wil de gemeenteraad zorgvuldig meenemen in deze nieuwe doelstellingen, ontwikkelingen en mogelijk gevolgen voor de inwoners van Lelystad.
Inmiddels zijn de Rijksdoelstellingen – die zijn vastgelegd in het uitvoeringsprogramma ‘Van Afval Naar Grondstof’ (VANG) – drastisch bijgesteld. De landelijke doelen zijn nu: 60-65% afvalscheiding in 2015, 75% afvalscheiding in 2020 met nog maximaal 100 kg restafval per inwoner en 90% afvalscheiding in 2025 met nog maximaal 30 kg restafval per inwoner. Deze ontwikkeling heeft grote gevolgen, zowel voor de inwoners van Lelystad als voor de inzameling van het afval en de afvalverwerkingsmarkt.
Bij het opmaken van een tussenbalans is duidelijk geworden dat Lelystad zowel op dit moment als in de komende jaren de Rijksambities voor de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval niet haalt. De verwachting is dat in toenemende mate de prestaties achter zullen blijven op deze landelijke doelen. Binnen de huidige manier van inzamelen zijn de mogelijkheden voor optimalisatie nagenoeg bereikt.
Om resultaten te bereiken zal een trendbreuk nodig zijn, waarbij Lelystad in het kader van haar duurzaamheidsambities afval niet langer ziet als een ongewenst bijproduct van consumptie, maar juist als een grondstof in de circulaire economie. Door te kiezen voor deze ontwikkelrichting, ziet het college ook kansen om financieel voordeel te behalen of op zijn minst de afvalstoffenheffing in de komende jaren niet te laten stijgen. Over deze ontwikkeling wil het college met de raad in gesprek gaan om op die manier een basis te leggen voor een nieuw afvalbeheerplan.
Geen opmerkingen: