TU Delft ontwerpt milieuvriendelijke ‘keuken voor het leven’
Aan de TU Delft is een prototype van een ‘circulaire keuken’ ontwikkeld, die veel minder milieubelasting geeft. Op donderdag 17 januari wordt de keuken gepresenteerd.
‘Dit is een keuken die niet 10 of 20 jaar meegaat, maar bijna oneindig kan worden vernieuwd’, licht hoogleraar Vincent Gruis van de Delftse faculteit Bouwkunde toe. ‘De keuken kan continu worden aangepast aan veranderende wensen. Zo’n circulaire keuken betekent eigenlijk een keuken voor het leven, met minder afval en veel minder milieubelasting.’
De keuken bestaat uit makkelijk aanpasbare modules van hoogwaardig, milieuvriendelijk materiaal. Hiermee zijn eenvoudig varianten te maken die zijn afgestemd op individuele voorkeuren. De hoogwaardige materialen betekenen wel dat de aanvankelijke aanschaf van de keuken duurder is, maar vanwege de lange levensduur is de keuken op termijn even duur, terwijl de milieubelasting dus veel lager ligt.
Voor de ontwikkeling van het prototype hebben wetenschappers en marktpartijen de handen ineengeslagen. De TU Delft en het Amsterdam Institute voor Advanced Metropolitan Solutions hebben de afgelopen twee jaar samengewerkt met Bribus Keukens, diverse woningverhuurders, ATAG en de Dirkzwager Groep.
De ontwerpers van de circulaire keuken hebben zich daarbij gericht op een keuken voor de huurmarkt, die bijvoorbeeld interessant kan zijn voor woningcorporaties. De eigenaar van het vastgoed wordt via een service- en terugnamegarantie volledig ‘ontzorgd’.
Het project is pas twee jaar geleden van start gegaan. ‘We hebben nog wel dingen te verbeteren, maar we tonen met dit prototype aan dat een circulaire keuken mogelijk is. We verwachten over een jaar of drie klaar te zijn voor de markt’, zegt Bas Jansen, die als promovendus aan het project werkt.
Een van de volgende stappen is dat ook de apparatuur in de keuken zo circulair mogelijk wordt. ‘Maar het grootste potentiële obstakel is volgens ons niet zo zeer de techniek, maar de financiering van de keuken’, vult Gruis aan. ‘Hoewel de totale kosten over de hele levensduur vergelijkbaar zijn met een gewone keuken, zijn de initiële kosten wel hoger. Dat zou een bezwaar kunnen zijn voor bijvoorbeeld woningcorporaties.’
‘Dit is een keuken die niet 10 of 20 jaar meegaat, maar bijna oneindig kan worden vernieuwd’, licht hoogleraar Vincent Gruis van de Delftse faculteit Bouwkunde toe. ‘De keuken kan continu worden aangepast aan veranderende wensen. Zo’n circulaire keuken betekent eigenlijk een keuken voor het leven, met minder afval en veel minder milieubelasting.’
De keuken bestaat uit makkelijk aanpasbare modules van hoogwaardig, milieuvriendelijk materiaal. Hiermee zijn eenvoudig varianten te maken die zijn afgestemd op individuele voorkeuren. De hoogwaardige materialen betekenen wel dat de aanvankelijke aanschaf van de keuken duurder is, maar vanwege de lange levensduur is de keuken op termijn even duur, terwijl de milieubelasting dus veel lager ligt.
Voor de ontwikkeling van het prototype hebben wetenschappers en marktpartijen de handen ineengeslagen. De TU Delft en het Amsterdam Institute voor Advanced Metropolitan Solutions hebben de afgelopen twee jaar samengewerkt met Bribus Keukens, diverse woningverhuurders, ATAG en de Dirkzwager Groep.
De ontwerpers van de circulaire keuken hebben zich daarbij gericht op een keuken voor de huurmarkt, die bijvoorbeeld interessant kan zijn voor woningcorporaties. De eigenaar van het vastgoed wordt via een service- en terugnamegarantie volledig ‘ontzorgd’.
Het project is pas twee jaar geleden van start gegaan. ‘We hebben nog wel dingen te verbeteren, maar we tonen met dit prototype aan dat een circulaire keuken mogelijk is. We verwachten over een jaar of drie klaar te zijn voor de markt’, zegt Bas Jansen, die als promovendus aan het project werkt.
Een van de volgende stappen is dat ook de apparatuur in de keuken zo circulair mogelijk wordt. ‘Maar het grootste potentiële obstakel is volgens ons niet zo zeer de techniek, maar de financiering van de keuken’, vult Gruis aan. ‘Hoewel de totale kosten over de hele levensduur vergelijkbaar zijn met een gewone keuken, zijn de initiële kosten wel hoger. Dat zou een bezwaar kunnen zijn voor bijvoorbeeld woningcorporaties.’
Geen opmerkingen: