Nederland telt 85.000 circulaire activiteiten
De Nederlandse economie telt zo’n 85.000 circulaire activiteiten die werk bieden aan circa 420.000 mensen. Circulariteit heeft daarmee een plek veroverd in de Nederlandse economie. Maar er is nog geen zicht op de door het kabinet beoogde versnelde overgang naar een volwaardige circulaire economie. Hiervoor zijn veel meer nieuwe circulaire initiatieven nodig dan de ca 1.500 die nu in kaart zijn gebracht.
Nieuwe circulaire initiatieven breken nog moeilijk door vanwege hardnekkige normen en gewoonten, onvoldoende beprijzing van milieugebruik, en wringende wet- en regelgeving. De overheid kan de overgang naar een circulaire economie versnellen door - naast recycling - meer in te zetten op het repareren, delen, leasen of circulair ontwerpen van producten – om zo het grondstofgebruik in Nederland drastisch te verminderen.
Dit concludeert het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in het rapport Circulaire Economie in kaart. Met deze inventarisatie brengt het PBL voor het eerst in de volle breedte de circulaire activiteiten in de Nederlandse economie in beeld. Ook analyseert het PBL welke belemmeringen de overgang naar een circulaire economie in de weg staan en welke vervolgstappen de overheid kan zetten om deze overgang te versnellen.
Het merendeel van de circulaire activiteiten bestaat al langer, zoals fietsenmakers, garagehouders, milieustraten en kringloopwinkels. Het kabinet heeft zich ten doel gesteld om de Nederlandse economie versneld te veranderen richting een circulaire economie en in 2030 het gebruik van grondstoffen (mineralen, metalen en fossiele grondstoffen) gehalveerd te hebben. Om deze ambities waar te maken is het cruciaal om in te zetten op innovatieve manieren om het grondstoffengebruik in Nederland ingrijpend efficiënter te maken.
Op dit moment zijn er zo’n 1.500 van zulke innovatieve initiatieven. Deze richten zich voornamelijk op nieuwe technieken voor recycling, bijvoorbeeld flessen gemaakt van gerecycled plastic, speelgoed van rietsuikerresten en vloerkleden van gerecycled polyester. Er zijn beduidend minder innovatieve initiatieven buiten recycling, terwijl zij in potentie meer grondstoffen kunnen besparen. Dit zijn bijvoorbeeld initiatieven die de levensduur van producten verlengen met een innovatief productontwerp, zoals het modulaire ontwerp van een Fairphone of een modulaire koptelefoon waardoor onderdelen vervangbaar zijn, of verplaatsbare modulaire woningen. Ook zijn er nog weinig innovatieve businessmodellen, zoals een abonnement op het gebruik van een Swapfiets of wasmachine of deelplatformen, zoals Peerby of Snappcar.
Circulaire initiatieven breken vaak niet of moeilijk door. De relatief lage prijs van grondstoffen en producten is hiervoor een belangrijke oorzaak. Milieubelastende effecten van de productie of consumptie van goederen zijn niet volledig in de prijs inbegrepen, waardoor het voor producenten niet aantrekkelijk is om te investeren in een efficiëntere omgang met grondstoffen.
Nieuwe circulaire initiatieven breken nog moeilijk door vanwege hardnekkige normen en gewoonten, onvoldoende beprijzing van milieugebruik, en wringende wet- en regelgeving. De overheid kan de overgang naar een circulaire economie versnellen door - naast recycling - meer in te zetten op het repareren, delen, leasen of circulair ontwerpen van producten – om zo het grondstofgebruik in Nederland drastisch te verminderen.
Dit concludeert het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in het rapport Circulaire Economie in kaart. Met deze inventarisatie brengt het PBL voor het eerst in de volle breedte de circulaire activiteiten in de Nederlandse economie in beeld. Ook analyseert het PBL welke belemmeringen de overgang naar een circulaire economie in de weg staan en welke vervolgstappen de overheid kan zetten om deze overgang te versnellen.
Het merendeel van de circulaire activiteiten bestaat al langer, zoals fietsenmakers, garagehouders, milieustraten en kringloopwinkels. Het kabinet heeft zich ten doel gesteld om de Nederlandse economie versneld te veranderen richting een circulaire economie en in 2030 het gebruik van grondstoffen (mineralen, metalen en fossiele grondstoffen) gehalveerd te hebben. Om deze ambities waar te maken is het cruciaal om in te zetten op innovatieve manieren om het grondstoffengebruik in Nederland ingrijpend efficiënter te maken.
Op dit moment zijn er zo’n 1.500 van zulke innovatieve initiatieven. Deze richten zich voornamelijk op nieuwe technieken voor recycling, bijvoorbeeld flessen gemaakt van gerecycled plastic, speelgoed van rietsuikerresten en vloerkleden van gerecycled polyester. Er zijn beduidend minder innovatieve initiatieven buiten recycling, terwijl zij in potentie meer grondstoffen kunnen besparen. Dit zijn bijvoorbeeld initiatieven die de levensduur van producten verlengen met een innovatief productontwerp, zoals het modulaire ontwerp van een Fairphone of een modulaire koptelefoon waardoor onderdelen vervangbaar zijn, of verplaatsbare modulaire woningen. Ook zijn er nog weinig innovatieve businessmodellen, zoals een abonnement op het gebruik van een Swapfiets of wasmachine of deelplatformen, zoals Peerby of Snappcar.
Circulaire initiatieven breken vaak niet of moeilijk door. De relatief lage prijs van grondstoffen en producten is hiervoor een belangrijke oorzaak. Milieubelastende effecten van de productie of consumptie van goederen zijn niet volledig in de prijs inbegrepen, waardoor het voor producenten niet aantrekkelijk is om te investeren in een efficiëntere omgang met grondstoffen.
Geen opmerkingen: