Gereinigde AEC-bodemas vrij toepasbaar in RWS-wegenprojecten
Heros Sluiskil en Boskalis kregen groen licht van Rijkswaterstaat om hun product vrij te gebruiken als ophoogmateriaal in wegenprojecten.
Een duurzame mijlpaal: voor het eerst hebben twee marktpartijen aangetoond dat zij via schoonspoelen de belangrijkste verontreinigingen uit verbrand huishoudelijk afval, zogenoemd AEC-bodemas, kunnen halen en dat het gereinigde materiaal ook prima technische eigenschappen heeft.
AEC-bodemas is een zwart, korrelig materiaal dat resteert na de verbranding van huishoudelijk afval in een afvalenergiecentrale (AEC). AEC-bodemas wordt in Nederland gebruikt als bouwstof in vooral grootschalige ophogingen in de GWW-sector (zoals onder wegen, fly-overs, geluidswallen en opritten naar bruggen). Tot nu toe ging het hierbij om toepassingen van AEC-bodemas als zogenoemde IBC-bouwstof in wegaanvullingen en ophogingen. IBC staat voor Isoleren, Beheren en Controleren. Voor het toepassen binnen deze regels is het nodig dat het materiaal met folie wordt afgedekt.
De gereinigde AEC-bodemas van Heros en Boskalis is dusdanig opgeschoond, dat het vrij mag worden gebruikt als aanvul- en ophoogmateriaal in wegenprojecten. Rijkswaterstaat prefereert dit materiaal, vanuit het streven naar een circulaire economie, boven het gebruik van primaire bouwstoffen. De toepassing past binnen het rijksbeleid om het gebruik van hernieuwbare grondstoffen te bevorderen. In 2012 is een Green Deal gesloten waarin afspraken zijn gemaakt over de verduurzaming van AEC-bodemas. Het doel is onder andere dat de toepassing van AEC-bodemas als IBC-bouwstof vanaf 2020 wordt afgeschaft.
Arie de Bode, directeur bij Heros Sluiskil: "Wij hebben afgelopen tijd stevig geïnvesteerd in noodzakelijke nieuwe opwerkingstechnieken. Daardoor is nu vrij toepasbare AEC-bodemas beschikbaar. Hierdoor zijn aanvullende IBC-maatregelen niet meer nodig en is het een prima alternatief voor primaire bouwstoffen zoals zand, bijvoorbeeld voor aanvul- en ophoogmateriaal in wegenprojecten." Directeur Haico Wevers van Boskalis vult aan: "Om grootschalige toepassing mogelijk te maken was civieltechnische validatie nodig. Rijkswaterstaat heeft ondersteund bij onze praktijkproeven. Wij hebben grote verwachtingen van het product, zeker omdat de fysische eigenschappen sterk zijn verbeterd ten opzichte van de traditionele AEC-bodemas."
Een duurzame mijlpaal: voor het eerst hebben twee marktpartijen aangetoond dat zij via schoonspoelen de belangrijkste verontreinigingen uit verbrand huishoudelijk afval, zogenoemd AEC-bodemas, kunnen halen en dat het gereinigde materiaal ook prima technische eigenschappen heeft.
AEC-bodemas is een zwart, korrelig materiaal dat resteert na de verbranding van huishoudelijk afval in een afvalenergiecentrale (AEC). AEC-bodemas wordt in Nederland gebruikt als bouwstof in vooral grootschalige ophogingen in de GWW-sector (zoals onder wegen, fly-overs, geluidswallen en opritten naar bruggen). Tot nu toe ging het hierbij om toepassingen van AEC-bodemas als zogenoemde IBC-bouwstof in wegaanvullingen en ophogingen. IBC staat voor Isoleren, Beheren en Controleren. Voor het toepassen binnen deze regels is het nodig dat het materiaal met folie wordt afgedekt.
De gereinigde AEC-bodemas van Heros en Boskalis is dusdanig opgeschoond, dat het vrij mag worden gebruikt als aanvul- en ophoogmateriaal in wegenprojecten. Rijkswaterstaat prefereert dit materiaal, vanuit het streven naar een circulaire economie, boven het gebruik van primaire bouwstoffen. De toepassing past binnen het rijksbeleid om het gebruik van hernieuwbare grondstoffen te bevorderen. In 2012 is een Green Deal gesloten waarin afspraken zijn gemaakt over de verduurzaming van AEC-bodemas. Het doel is onder andere dat de toepassing van AEC-bodemas als IBC-bouwstof vanaf 2020 wordt afgeschaft.
Arie de Bode, directeur bij Heros Sluiskil: "Wij hebben afgelopen tijd stevig geïnvesteerd in noodzakelijke nieuwe opwerkingstechnieken. Daardoor is nu vrij toepasbare AEC-bodemas beschikbaar. Hierdoor zijn aanvullende IBC-maatregelen niet meer nodig en is het een prima alternatief voor primaire bouwstoffen zoals zand, bijvoorbeeld voor aanvul- en ophoogmateriaal in wegenprojecten." Directeur Haico Wevers van Boskalis vult aan: "Om grootschalige toepassing mogelijk te maken was civieltechnische validatie nodig. Rijkswaterstaat heeft ondersteund bij onze praktijkproeven. Wij hebben grote verwachtingen van het product, zeker omdat de fysische eigenschappen sterk zijn verbeterd ten opzichte van de traditionele AEC-bodemas."
Geen opmerkingen: